\ Porte du Bourgogne
Home           Plaatsen en Wijnhuizen           Nieuws           Leuk om te weten           Proefnotities           Contact


Bourgogne, de historie...


Dat Bourgogne meer is dan alleen een wijngebied moge duidelijk zijn. Zijn rijke historie, de beroemde Pinot Noir druif en natuurlijk de veilingen van Hospices de Beaune maken dit gebied uniek. Het voormalig Groothertogdom, wat ooit zelfs tot in den Nederlanden strekte, had ooit zoveel invloed dat de toenmalig heerser meer macht had dan de Franse koning.

Ooit was Bourgogne zelf een Koninkrijk onder Koning Gotran de eerste. Hij was de man die de wijngaarden van Dijon (toen de wijnhoofdstad) aan de abdij van St.-Bénigne schonk.  Het leven van de bewoners van de abdij veranderde daardoor drastisch. De Bourgondische wijnen werden vanaf dat moment gebruikt voor de kerkelijke diensten van de monniken.  (De wijn zorgde er tevens voor de monniken regelmatig de kerkelijke regels ‘vergaten’)

Veel later toen Bourgogne een Groothertogdom was geworden herhaalde  de edelen dit nobele gebaar van de oude Koning en schonken hun landerijen met wijngaarden aan de kerkelijke stand van onder andere Pommard, Aloxe, Meursault en Santenay. Dit verklaart ook waarom wijnen uit de Bourgogne zo vaak ‘aangesproken’ worden met de plaatsnaam. Dit  zorgt tevens voor de verwarring zoals de alom gerespecteerde wijndeskundige Hubrecht Duijker zo dikwijls verhaalt: men kan beter een 1e Cru drinken van een betrouwbaar chateau, dan een Grand Cru van een slechte leverancier. Met andere woorden: een bekende (wijn)naam staat dus niet garant voor kwaliteit, in tegendeel zelfs !

Terug naar de 12e eeuw:  gesteld kan worden dat St. Bernard van Clairvaux  degene was die een zeer belangrijke rol had in de ontwikkeling van Bourgogne. Het Benedictijnenklooster van Cluny was eigenaar van een groot aantal wijngaarden in de Bourgogne. Echter hun “grootste oogst” was de oprichting van het Clos de Vougeot wat vandaag de dag nog steeds bekend staat om zijn Grand Cru en zijn hoge prijzen. Tijdens de Franse revolutie werden alle wijngaarden ‘afgenomen’ van de kerken en overgedragen aan de staat, die ze vervolgens weer aan het volk gaf. De destijds door Napoleon afgekondigde oekaze zorgt vandaag de dag ook nog steeds  voor (nog meer) verwarring;  alle wijngaarden werden in percelen verdeeld zodat het mogelijk werd dat bijvoorbeeld 1 lap (kostbare) wijngrond in eigendom was van meerdere Chateaux. Romanee Conti is daar een mooi voorbeeld van. De wijnen afkomstig van deze grond wordt tot de beste en kostbaarste ter wereld gerekend maar is in het bezit van twee families. (Leroy en De Villaine)

De Bourgogne werd dus een soort van lappendeken waarbij het kan zijn dat een Chateau ‘stukjes’ grond heeft in diverse dorpen. Dit maakt de verwarring compleet. Een bekend wijnhuis als Louis Latour  levert dan ook wijnen uit de hele regio terwijl dit huis al decennia is gevestigd in Beaune. De genoemde ‘lappendeken’ is dan ook de reden dat er vandaag negociants bestaan. Handelaren die de druiven van diverse wijngaarden binnen 1 gemeente opkopen, er wijn van maken, en deze onder eigen naam op de markt brengen. Met name in de zogenoemde “Hautes Cotes” gebieden komt dit heel veel voor, maar ook komen veel "Village" wijnen zo tot stand. 

Je hoort mensen zich ook  vaak afvragen hoe het kan dat er zeer goede wijnen uit de Bourgogne komen terwijl er op zijn zachtst gezegd een wisselend klimaat heerst. Ook hier weer verwarring. Men denkt vaak dat als de zon maar veelvuldig  schijnt en de temperatuur hoog is dit ten goede komt van de druiven. Het tegendeel is echter waar. Veel zon en warmte zorgt er inderdaad voor dat de druiven groeien, echter niet met druivensap maar met vocht wat vaak te merken is aan de smaak van de wijn. Ieder karakter ontbreekt.(uitzonderingen daar gelaten natuurlijk)  

Wat de Pinot Noir druiven ook uniek maakt is de aanwezige stof genaamd resveratrol waarvan wetenschappelijk  is vastgesteld dat bij regelmatige consumptie  de kans op hart- en vaatziekten afnemen. Ik ben overigens nog steeds in conflict met mijn cardioloog (elke Bourgondiër heeft er één) wat hij nu onder ‘regelmatig’ verstaat. Deze stof doet echter niet alleen de mensen langer leven. De Pinot Noir druif heeft de stof ook nodig om zelf te overleven in het wisselende klimaat. De stof beschermt de druif tegen schimmelvorming. Deze stof, het klimaat en ook de grond zorgt voor de unieke combinatie die de meeste Bourgondische wijnen zo lekker doen smaken ! 

Ik zeg dus ook maar zo: Als Napoleon, Karel de Grote, Hendrik IV, Lodewijk XV, Victor Hugo en Voltaire deze wijnen goed genoeg vonden, dan moeten ze voor mij zeker afdoende zijn!


                       


Terug...